Het is zover… Het gene waar ik al bang voor was, en ook
allang op voorbereid dacht te zijn … Het was er toch nog plotseling. Ineens.
Onverwacht. Onaangekondigd. Niet getimed. En onuitgenodigd. Niet welkom! Maar het kwam.
De verjaardag die zo leuk begon, en die mij de mooiste kadootjes sinds járen bezorgde, werd even bruut onderbroken. Mijn prachtige spiegelreflexcamera hing te stralen om mijn nek, en met trots bediende ik de gloednieuwe knopjes, die ik al aardig wegwijs was. De foto’s kwamen een voor een voorbij. Lachende gezichten en blije slingers… en Jesse. Dit was het moment dat mij deed verstijven, en ik bleef maar staren naar één ding. Ik keek in de ogen van mijn zoon, maar het leek niet of ze van hem waren. Wat ik eerder nooit zag, leek er nu dik bovenop te liggen. Ik weet niet of het lag aan de camera die de plaatjes zo prachtig helder liet zien, of aan mijn leeftijd, die deze dag een jaartje opschoof... Maar er gebeurde iets in mij. Een rilling ging over mijn rug, en het enige wat ik dacht was; “Je ziet het! Het is echt zo…” Ik moest even flink slikken.
De gelaatstrekken van Jesse schoven als een doorzichtige foto voor de plaatjes die ik had gezien op de websites en de nieuwsbrieven… Het had zo een broertje kunnen zijn van al die andere kinderen. Ze hadden iets gemeen. Hij was één van hen. En dat beangstigde me. “NEE, NEE, NEE!!!!! Hij is van mij!!” echode door mijn hoofd. “Dat kan niet! Het mag niet zo zijn!!! Het ging zo goed!! Waarom?!"
Ik wist dat het kwam… en toen het kwam, was ik alsnog verrast. Ik had het niet zien aankomen. Tot nog toe leek hij zo normaal. Zo… net als alle andere kinderen van zijn leeftijd. Zo gewoon. Ik kon niet geloven wat ik zag. Of nouja, ik wílde het vooral ook niet. Het ging namelijk zo goed, en hij ontwikkelde zich ook zo dapper. Hij leek boven gemiddeld te zijn, van wat we van hem zagen tot nu toe. Ik klampte me daar met man en macht aan vast, in de hoop dat hij een uitzondering zou zijn en blijven. Dat ons kind niet "zo’n typische" zou worden waar je wat aan zag. Wellicht heb ik mezelf er blind voor gehouden. Ik zocht stiekem toch altijd alleen de mooiste foto's uit om rond te sturen en op de achtergrond van mijn telefoon te zetten. Die, waar hij het best uit de verf kwam. Zoals de foto hierboven. Maar zeg nou zelf, dat doet iedere moeder toch?
Maar dit is toch anders... het wringt, want ik duw hem weg. Het is een gemaskerde ontkenning. Een excuus om het niet te hoeven zien. Ik ontdek maar weer eens dat hij moet zijn zoals ik ‘m graag wil (laten) zien. Ik kijk enkel naar de foto’s die ik zorgvuldig heb geselecteerd, en staar me er blind op. Ik wil mezelf doen geloven dat het goed gaat, en dat hij “zo erg nog niet is”. Terwijl ik dacht dat ik daar allang mee gedeald had. Maar nu vloog de harde realiteit me ineens aan. Het was er. En het was niet van plan te gaan. Als ik de foto verwijdert zou hebben, zou ik me eeuwig schuldig hebben gevoeld dat ik m weg deed… alsof ik hém weg deed, en ik hém niet wilde zien. Dat was het laatste wat ik wilde. De strijd in mij kreeg gestalte. Het grote conflict met de werkelijk was begonnen.
En ik ga hem aan. Want dát was hetgeen wat ik vanaf het begin al wilde; het/m accepteren. Maar OHH!! Wat moet je je best doen om niet weg te kijken… of erger nog: weg te rennen! Vluchtend van dat wat zo confronterend en pijnlijk is. Dat je kind "anders"is. En dat iedereen het kan zien.
Het voelt tegennatuurlijker om niet te vluchten dan wel. Het is alsof ik weer een bevalling moet doen, welke over het algemeen het vlotst gaan wanneer je de pijn níet tegenwerkt, maar juist in zijn volle oerkracht over je heen laat komen denderen! Want pijnlijk is het toch wel. Of je er nou tegen vecht of niet. Je kunt dan beter KIEZEN voor de pijn, en het kind, zodat er sneller een weg gebaand wordt naar bevrijding (voor beide!) Iets wat ik dan ook bij beide kinderen heb gedaan en daardoor ook record tijden heb neergezet, hah! En iets wat ik nu opnieuw moet doen, maar dan figuurlijk. Alleen weet ik even niet welke bevalling me zwaarder valt...
Maar ik zal er toch doorheen moeten, wil ik mn kind kunnen omarmen. En JA dat is wat ik wil. DUS. 1-0 voor mij!
En om dan even de pijn in zijn volle oerkracht over me heen te laten denderen, post ik nu voor het oog van de hele wereld, een minder voordelige foto van Jesse waarop je de typische gelaatstrekken goed kunt zien. En dan mogen jullie heel hard in koor roepen: “Ooooh, maar dat valt nog best wel mee, toch?! Je ziet het helemaal niet zo goed!” Zeg dat maar als ik ongesteld ben. Dan heb ik die peptalk wel nodig. Maar nu wil ik de waarheid horen en niet wegkijken of het verzachten. Want het valt NIET mee. Je ziet het. IK zie het. En met de dag dat hij ouder wordt, zie je het beter. Zo ook bij hem. En dat is pijnlijk, maar toch echt waar. Het andere jongetje die er als voorbeeld naast staat, is al een stukje ouder dan Jesse.
Ik wil erkennen en accepteren dat dit het is. Niet meer en niet minder.
Mijn kind mag zijn wie hij is... Hoe normaal of abnormaal hij ook maar zijn wil.
Ik zal zijn moeder zijn. Altijd. Onvoorwaardelijk. En eventueel met pijn.
De verjaardag die zo leuk begon, en die mij de mooiste kadootjes sinds járen bezorgde, werd even bruut onderbroken. Mijn prachtige spiegelreflexcamera hing te stralen om mijn nek, en met trots bediende ik de gloednieuwe knopjes, die ik al aardig wegwijs was. De foto’s kwamen een voor een voorbij. Lachende gezichten en blije slingers… en Jesse. Dit was het moment dat mij deed verstijven, en ik bleef maar staren naar één ding. Ik keek in de ogen van mijn zoon, maar het leek niet of ze van hem waren. Wat ik eerder nooit zag, leek er nu dik bovenop te liggen. Ik weet niet of het lag aan de camera die de plaatjes zo prachtig helder liet zien, of aan mijn leeftijd, die deze dag een jaartje opschoof... Maar er gebeurde iets in mij. Een rilling ging over mijn rug, en het enige wat ik dacht was; “Je ziet het! Het is echt zo…” Ik moest even flink slikken.
De gelaatstrekken van Jesse schoven als een doorzichtige foto voor de plaatjes die ik had gezien op de websites en de nieuwsbrieven… Het had zo een broertje kunnen zijn van al die andere kinderen. Ze hadden iets gemeen. Hij was één van hen. En dat beangstigde me. “NEE, NEE, NEE!!!!! Hij is van mij!!” echode door mijn hoofd. “Dat kan niet! Het mag niet zo zijn!!! Het ging zo goed!! Waarom?!"
Ik wist dat het kwam… en toen het kwam, was ik alsnog verrast. Ik had het niet zien aankomen. Tot nog toe leek hij zo normaal. Zo… net als alle andere kinderen van zijn leeftijd. Zo gewoon. Ik kon niet geloven wat ik zag. Of nouja, ik wílde het vooral ook niet. Het ging namelijk zo goed, en hij ontwikkelde zich ook zo dapper. Hij leek boven gemiddeld te zijn, van wat we van hem zagen tot nu toe. Ik klampte me daar met man en macht aan vast, in de hoop dat hij een uitzondering zou zijn en blijven. Dat ons kind niet "zo’n typische" zou worden waar je wat aan zag. Wellicht heb ik mezelf er blind voor gehouden. Ik zocht stiekem toch altijd alleen de mooiste foto's uit om rond te sturen en op de achtergrond van mijn telefoon te zetten. Die, waar hij het best uit de verf kwam. Zoals de foto hierboven. Maar zeg nou zelf, dat doet iedere moeder toch?
Maar dit is toch anders... het wringt, want ik duw hem weg. Het is een gemaskerde ontkenning. Een excuus om het niet te hoeven zien. Ik ontdek maar weer eens dat hij moet zijn zoals ik ‘m graag wil (laten) zien. Ik kijk enkel naar de foto’s die ik zorgvuldig heb geselecteerd, en staar me er blind op. Ik wil mezelf doen geloven dat het goed gaat, en dat hij “zo erg nog niet is”. Terwijl ik dacht dat ik daar allang mee gedeald had. Maar nu vloog de harde realiteit me ineens aan. Het was er. En het was niet van plan te gaan. Als ik de foto verwijdert zou hebben, zou ik me eeuwig schuldig hebben gevoeld dat ik m weg deed… alsof ik hém weg deed, en ik hém niet wilde zien. Dat was het laatste wat ik wilde. De strijd in mij kreeg gestalte. Het grote conflict met de werkelijk was begonnen.
En ik ga hem aan. Want dát was hetgeen wat ik vanaf het begin al wilde; het/m accepteren. Maar OHH!! Wat moet je je best doen om niet weg te kijken… of erger nog: weg te rennen! Vluchtend van dat wat zo confronterend en pijnlijk is. Dat je kind "anders"is. En dat iedereen het kan zien.
Het voelt tegennatuurlijker om niet te vluchten dan wel. Het is alsof ik weer een bevalling moet doen, welke over het algemeen het vlotst gaan wanneer je de pijn níet tegenwerkt, maar juist in zijn volle oerkracht over je heen laat komen denderen! Want pijnlijk is het toch wel. Of je er nou tegen vecht of niet. Je kunt dan beter KIEZEN voor de pijn, en het kind, zodat er sneller een weg gebaand wordt naar bevrijding (voor beide!) Iets wat ik dan ook bij beide kinderen heb gedaan en daardoor ook record tijden heb neergezet, hah! En iets wat ik nu opnieuw moet doen, maar dan figuurlijk. Alleen weet ik even niet welke bevalling me zwaarder valt...
Maar ik zal er toch doorheen moeten, wil ik mn kind kunnen omarmen. En JA dat is wat ik wil. DUS. 1-0 voor mij!
En om dan even de pijn in zijn volle oerkracht over me heen te laten denderen, post ik nu voor het oog van de hele wereld, een minder voordelige foto van Jesse waarop je de typische gelaatstrekken goed kunt zien. En dan mogen jullie heel hard in koor roepen: “Ooooh, maar dat valt nog best wel mee, toch?! Je ziet het helemaal niet zo goed!” Zeg dat maar als ik ongesteld ben. Dan heb ik die peptalk wel nodig. Maar nu wil ik de waarheid horen en niet wegkijken of het verzachten. Want het valt NIET mee. Je ziet het. IK zie het. En met de dag dat hij ouder wordt, zie je het beter. Zo ook bij hem. En dat is pijnlijk, maar toch echt waar. Het andere jongetje die er als voorbeeld naast staat, is al een stukje ouder dan Jesse.
Ik wil erkennen en accepteren dat dit het is. Niet meer en niet minder.
Mijn kind mag zijn wie hij is... Hoe normaal of abnormaal hij ook maar zijn wil.
Ik zal zijn moeder zijn. Altijd. Onvoorwaardelijk. En eventueel met pijn.
Voorbeeld Williams Syndroom jongetje (cutie!) |
Jesse met Williams Syndroom |
Zo herkenbaar .... ��
BeantwoordenVerwijderen