Ze is prachtig zoals ze daar ligt. Haar bloemetjeslamp van de IKEA staat nog aan. Dat was een regelrechte hit; die mogen we nu iedere avond zélf uit klikken. Ze was het niet van plan.
We hebben er avonden lang een strijd van gemaakt dat ze toch dat lampje maar
uit liet. Maar uiteindelijk zeiden we tegen elkaar; “Ach… waarom ook. Er zijn
ergere dingen.” En van mijn schoonmoeder
heb ik wel eens het wijze advies gehad “choose your fights” . Hier heb ik al
vaak aan terug gedacht. En zo ook nu.
Ik had het Sarah gevraagd, toen ik even naast haar kwam liggen, waarom ze haar lampje niet uit deed. Haar antwoord was simpel; “Dan, dan dan…. Dan heb ik zo een gezellig roze huisje met mijn vriendjes”, wijzend op haar beren die gezellig op een rijtje om haar heen zaten te zitten. Enja, het was waar. De lamp gaf roze licht, en straalde zacht door haar kamertje heen. Sarah’s oogjes twinkelden, en ze keek me triomfantelijk aan; “Ja hé mama?”. Een glimlach kon ik niet bedwingen. “Ja schat”.
En nu ging ik zelf naar bed, dus dan loop ik altijd nog even de kinderkamertjes bij langs. Een zware ademhaling, en een piepend speen geluid komen me al tegemoet. Haar driejarige lijfje, wat altijd al zo groot lijkt naast dat van Jesse, zie ik even in een heel ander licht. “Wat is ze eigenlijk nog klein” fluister ik in mezelf. Ik kniel naast haar bedje, en ik pak haar kleine warme handje vast, terwijl ik haar mooie gezichtje bestudeer. Zo fijntjes en wit… nog helemaal gaaf… en zoooo zacht. Ik zie dat ze langzaam maar zeker, eindelijk wat dikker haar begint te krijgen. Met mijn vinger glijd ik langs haar kaaklijn en wrijf een blonde krul tegen mijn wang. Ze is zo volmaakt. Wat is dat toch met slapende kindjes? Wat maakt ze zo engelachtig mooi? Alsof er iets over ze heen ligt… iets ontwapenends, iets kwetsbaars. Alsof ze zich in de hemel bevinden tijdens hun slaap. Zou dat misschien echt waar zijn? Ik geloof in mijn eigen droomgedachte, omdat het me zo mooi en aannemelijk lijkt. Wie zal me tegen kunnen spreken?
Kleine kusjes laat ik achter. Overal. Tot ze zich een beetje beweegt en gaat verliggen. Haar kleine armpje slaat ze om mijn nek heen, en fluistert; “Kom je me alafjoe zeggen?”
Zachtjes fluister ik; “Ja… I love you. Je bent m’n liefste meisje”. Met een glimlach zakt ze weer in slaap. Ik kijk nog een keer om, voordat ik het lampje uit knip… Ja. Ik weet het zeker. Het is hemels.
Ik had het Sarah gevraagd, toen ik even naast haar kwam liggen, waarom ze haar lampje niet uit deed. Haar antwoord was simpel; “Dan, dan dan…. Dan heb ik zo een gezellig roze huisje met mijn vriendjes”, wijzend op haar beren die gezellig op een rijtje om haar heen zaten te zitten. Enja, het was waar. De lamp gaf roze licht, en straalde zacht door haar kamertje heen. Sarah’s oogjes twinkelden, en ze keek me triomfantelijk aan; “Ja hé mama?”. Een glimlach kon ik niet bedwingen. “Ja schat”.
En nu ging ik zelf naar bed, dus dan loop ik altijd nog even de kinderkamertjes bij langs. Een zware ademhaling, en een piepend speen geluid komen me al tegemoet. Haar driejarige lijfje, wat altijd al zo groot lijkt naast dat van Jesse, zie ik even in een heel ander licht. “Wat is ze eigenlijk nog klein” fluister ik in mezelf. Ik kniel naast haar bedje, en ik pak haar kleine warme handje vast, terwijl ik haar mooie gezichtje bestudeer. Zo fijntjes en wit… nog helemaal gaaf… en zoooo zacht. Ik zie dat ze langzaam maar zeker, eindelijk wat dikker haar begint te krijgen. Met mijn vinger glijd ik langs haar kaaklijn en wrijf een blonde krul tegen mijn wang. Ze is zo volmaakt. Wat is dat toch met slapende kindjes? Wat maakt ze zo engelachtig mooi? Alsof er iets over ze heen ligt… iets ontwapenends, iets kwetsbaars. Alsof ze zich in de hemel bevinden tijdens hun slaap. Zou dat misschien echt waar zijn? Ik geloof in mijn eigen droomgedachte, omdat het me zo mooi en aannemelijk lijkt. Wie zal me tegen kunnen spreken?
Kleine kusjes laat ik achter. Overal. Tot ze zich een beetje beweegt en gaat verliggen. Haar kleine armpje slaat ze om mijn nek heen, en fluistert; “Kom je me alafjoe zeggen?”
Zachtjes fluister ik; “Ja… I love you. Je bent m’n liefste meisje”. Met een glimlach zakt ze weer in slaap. Ik kijk nog een keer om, voordat ik het lampje uit knip… Ja. Ik weet het zeker. Het is hemels.
Reacties
Een reactie posten
Ik vind het leuk als je een reactie achterlaat.